1 / 61

Zorgprogramma’s voor vroege detectie en intensieve behandeling van een eerste psychotische episode

Zorgprogramma’s voor vroege detectie en intensieve behandeling van een eerste psychotische episode. Dr. Guy Touquet Neuropsychiater Psychiatrisch Ziekenhuis H.Hart Ieper. Verloop Schizofrenie. P rodromale fase. Premorbied niveau. Kritische periode. Inhoud Voordracht.

dorie
Download Presentation

Zorgprogramma’s voor vroege detectie en intensieve behandeling van een eerste psychotische episode

An Image/Link below is provided (as is) to download presentation Download Policy: Content on the Website is provided to you AS IS for your information and personal use and may not be sold / licensed / shared on other websites without getting consent from its author. Content is provided to you AS IS for your information and personal use only. Download presentation by click this link. While downloading, if for some reason you are not able to download a presentation, the publisher may have deleted the file from their server. During download, if you can't get a presentation, the file might be deleted by the publisher.

E N D

Presentation Transcript


  1. Zorgprogramma’s voor vroege detectie en intensieve behandeling van een eerste psychotische episode Dr. Guy Touquet Neuropsychiater Psychiatrisch Ziekenhuis H.HartIeper

  2. Verloop Schizofrenie Prodromale fase Premorbied niveau Kritische periode

  3. Inhoud Voordracht • Begrippen psychose, remissie en herstel • Detectie van de prodromale fase: • Belang verkorting duur onbehandelde psychose • Het klinisch beeld • Het proneness-persistence-psychosis model • Definitie van een ‘high risk’ groep • Gestructureerd interview CAARMS • Validatie van de ‘high risk’ definitie • Behandelingsmogelijkheden • Behandeling en opvolging gedurende de kritische periode (eerste 5 jaar) • AssertiveCommunityTreatment • Resultaten van intensieve follow-up: • Kopenhagen • Maastricht • Londen

  4. DSM-IV Criteria Schizofrenie AnDERepsychotischestoornissen • Kenmerkende symptomen: 2 >1 maand • Wanen • Hallucinaties • Onsamenhangende spraak • Chaotisch/Katatoon gedrag • Negatieve symptomen: afgevlakt affect, spraakarmoede of apathie • Sociaal/beroepsfunctioneren gedaald • > 6 maand • Exclusie psychotische stemmingsstoornis • Exclusie oorzaak middelen/somatische ziekte • Samenhang met autisme is mogelijk • Kortdurendepsychotischestoornis: • Symptomen A1 tot A4 • Duur 1dag tot 1 maand • Functioneelherstel • Exclusie D en E • Schizofreniformestoornis: • Criteria A,D en E • 1 tot 6 maand • Schizoaffectievestoornis: • A symptomentijdensdepressieve, manische of gemengdeepisode • 2 wekenwanen of hallucinatiesbij normale stemming • Periodes van stemmingsstoornisnemenbelangrijkdeel in van de ziekteperiode

  5. Remissie en Herstel • Remissie: afwezigheid van positieve en negatieve symptomen gedurende 6 maanden: • Wanen • Hallucinaties • Onsamenhangende spraak • Chaotisch/katatoon gedrag • Negatieve symptomen: afgevlakt affect, spraakarmoede of apathie • Herstel: afwezigheid van symptomen en terugkeer naar vroeger sociaal/beroepsmatig functioneren • Genezing: herstel zoals hierboven zonder behandeling o.a. medicatie

  6. Symptoomdimensies van Schizofrenie • Positieve symptomen : andere realiteitsbeleving • Negatieve symptomen: • Psychomotore armoede • Anhedonie • Desorganisatie: • Inadequaat affect • Denkstoornis • Gestoorde spraak • Bizar gedrag • Depressie

  7. Inhoud Voordracht • Begrippen psychose, remissie en herstel • Detectie van de prodromale fase: • Belang verkorting duur onbehandelde psychose • Het klinisch beeld • Het proneness-persistence-psychosis model • Definitie van een ‘high risk’ groep • Gestructureerd interview CAARMS • Validatie van de ‘high risk’ definitie • Behandelingsmogelijkheden • Behandeling en opvolging gedurende de kritische periode (eerste 5 jaar) • AssertiveCommunityTreatment • Resultaten van intensieve follow-up: • Kopenhagen • Maastricht • Londen

  8. Tijd nodig voor Remissie volgens Duur Psychose voor Behandeling Eerste episode N= 70 5 jaar follow-up • 10 weken • 24 weken • 1 jaar • 2 jaar Lieberman, J.A. Neuropsychopharmacology,1996(14), 3S-21S

  9. Invloed van Duur Onbehandelde Ziekte op GAF na 4 en 8 jaar • DUI < 2 jaar • DUI > 2 jaarDUI < 2 jaar • I > 2 jaar • 118 niet-affectieve psychose • Vanaf 12 jaar • Metingenbij aanvang, na 4 en 8 jaar: • DUP en DUI • Premorbied Niveau • PANNS • SCID • GAF Crumlish N e.a., Br J Psychiatry (2009)194,18-24 doi: 10.1192/bjp.bp.107.048942

  10. EarlyIntervention ‘Programma 2000’ Milaan • 49 ARMS patiënten • EarlyRecogntionInventory • Follow-up van 1 jaar • 18-36 jaar • Periode 2000-2006 • Metingen: • BPRS • GAF • HoNOS • Behandeling met psychotherapie en farmacotherapie Resultaat: Er is een correlatie tussen de duur van niet behandeling van ‘at risk’ symptomen en de verandering in GAF score over 1 jaar Fusar-Poli P, e.a. Br J Psychiatry (2009), 194, 181-182

  11. MESIFOS studie Groningen • Populatie: • 125 onbehandelde eerste episode patiënten • 18-45 jaar • 10/2001-12/2002 • Regio 3.106 • Metingen : • PANSS&WHO-QL 6-15-24m • GSDS 15-24m • Enkel DUP en premorbied niveau van sociaal functioneren zijn onafhankelijke predictoren van recovery na 2 jaar • Er is geen recovery bij DUP > 6 maand Wunderink L e.a. Schizophrenia Bulletin (2009), 35(2) 362-369

  12. Samenvatting Belang DUP Marshall M e.a. Arch Gen Psychiatry (2005),62,975-983. Perkins DO e.a. Am J Psychiatry(2005),1785-1804. • Marshall M e.a (2005) • Systematische review van 26 eerste episode studies • Langere DUP : • Niet meer symptomen of minder functioneren bij begin, maar wel na 6 en 12 maanden behandeling • Kleiner percentage remissie op 6,12 en 24 maanden • Perkins D.O. e.a. (2005) • Review en meta-analyse van 43 studies • Langere DUP: • Meer negatieve maar niet positieve symptomen bij het begin • Minder remissie en herstel na eerste episode

  13. Hoe Lang is een Lange DUP Singh S.P. (2007) Br J Psychiatry, 191, (S50),s58-s63 • Functioneel herstel neemt af na een kort uitstel van behandeling (> 7 dagen), om verder geleidelijk af te nemen over uitstel tot > 1 jaar • Is DUP eerder gevolg dan oorzaak van slechte prognose? • Moller P.(2000) kortere DUP bij later prodromaal begin, prodroom < 2 jaar, acuut begin, presentatie met grootheidswaan en /of desorganisatie, geringe sociale isolatie • DUP blijft ook na correctie voor confounders een significante predictor van zowel snelheid als niveau van herstel, ook na controle voor premorbied functioneren en al of niet acuut begin

  14. Inhoud Voordracht • Begrippen psychose, remissie en herstel • Detectie van de prodromale fase: • Belang verkorting duur onbehandelde psychose • Het klinisch beeld • Het proneness-persistence-psychose model • Definitie van een ‘high risk’ groep • Gestructureerd interview CAARMS • Validatie van de ‘high risk’ definitie • Behandelingsmogelijkheden • Behandeling en opvolging gedurende de kritische periode (eerste 5 jaar) • AssertiveCommunityTreatment • Resultaten van intensieve follow-up: • Kopenhagen • Maastricht • Londen

  15. Beginsymptomen bij Schizofrenie en Depressie Häfner H., Schizophrenia Research 77 (2005) 11-24.

  16. Vroege Symptomen in Schizofrenie en Depressie Häfner H., Schizophrenia Research 77 (2005) 11-24.

  17. Prodromale Symptomen in Schizofrenie Yung A.R. e.a. Treating Schizophrenia in the Prodromal Phase ,London 2004

  18. Frequentste Prodromale Symptomen in Retrospectieve Studies Yung &McGorry 1996 Schizophrenia Bulletin,22,353-370

  19. Inhoud Voordracht • Begrippen psychose, remissie en herstel • Detectie van de prodromale fase: • Belang verkorting duur onbehandelde psychose • Het klinisch beeld • Het proneness-persistence-psychose model • Definitie van een ‘high risk’ groep • Gestructureerd interview CAARMS • Validatie van de ‘high risk’ definitie • Behandelingsmogelijkheden • Behandeling en opvolging gedurende de kritische periode (eerste 5 jaar) • AssertiveCommunityTreatment • Resultaten van intensieve follow-up: • Kopenhagen • Maastricht • Londen

  20. Psychose als Dimensie Van Os J e.a. Psychological Medecine,39,179-195 (2009)

  21. Meta-analyse: niet-genetische factoren en het psychose fenotype Van Os J e.a. Psychological Medecine,39,179-195 (2009)

  22. Genetische Risicofactorenvoor Psychose Fenotype Van Os J e.a. Psychological Medecine,39,179-195 (2009) • Familieleden van patiënten met psychose: • Klinisch en subklinisch psychose co-clusteren in dezelfde families ( Kendler e.a. 1993) • Positieve dimensie van schizotypie vragenlijst correleert met hun genetisch risico op psychose (Vollema e.a 2002) • Positieve en negatieve symptomen van schizofrenie voorspellen hun subklinisch equivalent in niet psychotische familieleden (Fanous e.a. 2001)

  23. Genetische Risicofactorenvoor Psychose Fenotype Van Os J e.a. Psychological Medecine,39,179-195 (2009) • Tweelingstudies: • Kendler & Hewitt (1992):Variantie in zelf gerapporteerde schizotypie-schalen pleiten voor een genetisch risico • MacDonald e.a. (2001): 1 schizotypiefactor met vooral perceptuele afwijkingen, magische gedachten, schizotypische cognities en in mlindere mate sociale anhedonie

  24. Associatie met cognitie Van Os J e.a. Psychological Medecine,39,179-195 (2009) • Niet psychotische eerste graadsverwanten: • Verminderd verbaal geheugen, executief functioneren en in mindere mate aandacht • Schizotypie in algemene populatie: • Deficit in verbaal geheugen, executief functioneren en aandacht • In deze beide groepen • Deficit in mentalizeren • Probabilistisch redeneren en jumping to conclusions

  25. Psychotische Symptomen en Graad van Psychose in de Bevolking Van Os J e.a. Psychological Medecine,39,179-195 (2009)

  26. Predictieve Validiteit • Chapman e.a. (1994): meer psychose bij personen die hoog scoren in magisch denken en perceptuele stoornissen 10 jaar vroeger • DunedinMultidisciplinary Health and DevelopmentStudy (Poulton e.a. 2000): • Psychotische ervaringen op 11 jaar geven op 26 jaar 16 maal meer schizofreniforme stoornis • 25% van kinderen met psychotische ervaringen op leeftijd 11 hebben schizofreniforme stoornis op 26 jaar • Hanssene.a (2005): • Prospectieve studie van 7076 personen over 2 jaar geeft 8% transitie naar psychose, 60 maal meer dan bij personen zonder psychotische ervaringen • 21% risico met multipele psychotische ervaringen en 15% als de psychotische ervaring samenging met depressieve stemming

  27. Proneness-Persistence-ImpairmentModel van Psychose Van Os J e.a. Psychological Medecine,39,179-195 (2009)

  28. Sensitizatie en Ontstaan van eenPsychotische stoornis Van Os J e.a. Psychological Medecine,39,179-195 (2009)

  29. Psychotische Ervaringen en Omgevingsbelasting • NEMESIS: Netherlands Mental Health SurveyanIncidenceStudy • 3 jaar prospectieve studie met CIDI • T0 1996 • T1 1997 • T2 1999 • 18-64j N=7076 • 90 gemeenten uit Nederland • EDSP: • EarlyDevelopmental Stages of PsychopathologyStudy • 42 maanden prospectieve studie met M-CIDI • 14-24 j op T0 N= 3021 • T0 1995 • Streek van München Cougnard e.a. Psychological Medecine (2007), 37,513-527.

  30. Psychotische Ervaringen en Omgevingsbelasting (NEMESIS) Synergisme tussen bij aanvang cannabisgebruik,trauma in de kindertijd en verstedelijking enerzijds, en psychotische ervaringen bij aanvang op het voorspellen van psychotische ervaringen 3 jaar later. Cougnard e.a. Psychological Medecine (2007), 37,513-527.

  31. Psychotische Ervaringen en Omgevingsbelasting (EDSP) Synergisme tussen bij aanvang cannabisgebruik,trauma in de kindertijd en verstedelijking enerzijds, en psychotische ervaringen bij aanvang op het voorspellen van psychotische ervaringen 3 jaar later. Cougnard e.a. Psychological Medecine (2007), 37,513-527.

  32. Inhoud Voordracht • Begrippen psychose, remissie en herstel • Detectie van de prodromale fase: • Belang verkorting duur onbehandelde psychose • Het klinisch beeld • Het proneness-persistence-impairment model van psychose • Definitie van een ‘high risk’ groep • Gestructureerd interview CAARMS • Validatie van de ‘high risk’ definitie • Behandelingsmogelijkheden • Behandeling en opvolging gedurende de kritische periode (eerste 5 jaar) • AssertiveCommunityTreatment • Resultaten van intensieve follow-up: • Kopenhagen • Maastricht • Londen

  33. Argumenten tegen Vroege Detectie • Vals positieven : risico op stigmatisatie en overmedicalisering • Het recht op ‘niet weten’ van de echt positieven • Kost-effectiviteit? • Welke behandeling • Onder vals positieven veel depressie in engere zin en angststoornissen waarvoor ook specifieke hulp geboden kan worden • Stigmatisatie en overmedicalisatie kan voorkomen worden • Resultaten cognitieve therapie veel belovend • Probleem van vergelijkingsgroep in effectiviteitstudies

  34. De Ultra High Risk Benadering • Concentratie van het risico op psychose <2 jaar door sequentielescreening: • Leeftijd • Hulpzoekende populatie • 3 UHR ondergroepen: • Subklinische psychotische symptomen • Korte voorbijgaande psychotische symptomen (BLIPS) < 7 dagen • Familaleantecedenen van psychose (= schizotypischepersoonlijheidsstoornis of eerste graadsverwant met psychose) + blijvend verminderd functioneren

  35. Beginleeftijd Schizofrenie Hafner H e.a. (1994) Br J Psychiatry, 23,29-38

  36. Ultra High Risk Criteria

  37. Inhoud Voordracht • Detectie van de prodromale fase: • Belang verkorting duur onbehandelde psychose • Het klinisch beeld • Het proneness-persistence-impairment model van psychose • Definitie van een ‘high risk’ groep • Gestructureerd interview CAARMS • Validatie van de ‘high risk’ definitie • Behandelingsmogelijkheden • Behandeling en opvolging gedurende de kritische periode (eerste 5 jaar) • AssertiveCommunityTreatment • Resultaten van intensieve follow-up: • Copenhagen • Maastricht • Londen

  38. Schalen ter Indentificatie vanUHR Personen • ComprehensiveAssessment of At Risk Mental States: (CAARMS) vertaald in het Nederlands • The Structured Interview forProdromalSymptoms (SIPS): PRIME groep Noord-Amerika • The SchizophreniaPrediction Instrument AdultVersion (SPI-A) : criteria voor basis symptomen (Duits)

  39. CAARMS • Semi-gestructureerd interview met schalen voor: • klinische en subklinische psychotische symptomen • , negatieve symptomen • dissociatieve symptomen • ‘basis’ symptomen • Voldoen aan UHR criteria geeft risico op psychose van 0.41 (CI = 0.25-0.53) Yung A.R. e.a.(2004) Aust NZ J Psychiatry,39,964-971

  40. Inhoud Voordracht • Detectie van de prodromale fase: • Belang verkorting duur onbehandelde psychose • Het klinisch beeld • Het proneness-persistence-impairment model van psychose • Definitie van een ‘high risk’ groep • Gestructureerd interview CAARMS • Validatie van de ‘high risk’ definitie • Behandelingsmogelijkheden • Behandeling en opvolging gedurende de kritische periode (eerste 5 jaar) • AssertiveCommunityTreatment • Resultaten van intensieve follow-up: • Copenhagen • Maastricht • Londen

  41. Validatie:NorthAmericaProdromeLongitudinalStudy • Vergelijking: • Normale Controles ( N, N=196) • Prodromale syndromen( N= 377) • Hulpzoekende controles (HSC, N= 198) • Familiaal Hoog Risico (FHR, N=40) • Schizotypische Persoonlijkheidsstoornis (SPD, N=49) • Criteria: Sructured Interview forProdromalSyndromes Woods S.W. (2009) Schizophrenia Bulletin (2009), doi: 10.1093/schbul/sbp027

  42. Validatie:NorthAmericaProdromeLongitudinalStudy Woods S.W. (2009),Schizophrenia Bulletin doi: 10.1093/schbul/sbp027

  43. Tijd tot Conversie naar Psychose Woods S.W. (2009) Schizophrenia Bulletin doi: 10.1093/schbul/sbp027

  44. Type Psychose na Conversie van 89 UHR Personen Woods S.W. (2009) Schizophrenia Bulletin doi: 10.1093/schbul/sbp027

  45. Inhoud Voordracht • Begrippen psychose, remissie en herstel • Detectie van de prodromale fase: • Belang verkorting duur onbehandelde psychose • Het klinisch beeld • Het proneness-persistence-impairment model van psychose • Definitie van een ‘high risk’ groep • Gestructureerd interview CAARMS • Validatie van de ‘high risk’ definitie • Behandelingsmogelijkheden • Behandeling en opvolging gedurende de kritische periode (eerste 5 jaar) • AssertiveCommunityTreatment • Resultaten van intensieve follow-up: • Copenhagen • Maastricht • Londen

  46. Antipsychoticabij At Risk Patiënten? • 1 jaar RCT met ARMS patiënten • Placebo (N=29) • Olanzapine 5-15 mg (N=31) • Resultaat: • 16.1% conversie naar psychose bij olanzapine behandeling, 37.9% met placebo: niet significant Verandering in Positieve Symptomen over 1 jaar behandeling met olanzapine of placebo: verschil significant op week 8 en 28 McGlashan 2006, Am J Psychiatry,163:790-799

  47. Antipsychoticabij At Risk Patiënten? • 41 UHR patiënten • 24 SPI: specifieke preventieve interventie ( 2 mg risperidone + cognitieve psychotherapie • 17 NBI: needs-basedintervention (steunende psychotherapie • Resultaat: • Geen verschil in % conversie, symptomen en algemeen functioneren Philips L;J. 2007 Schizophrenia Research 96: 25-33

  48. Psychotherapie bijAt Risk Patiënten Morrison A.P. BJ Psychiatry (2004) 185,291-297

  49. RCT Cognitieve Therapie bij UHR patiënten • 57 UHR patiënten • Leeftijd: 22.1 (sd.=4.4) • Maandelijkse follow-up over 1 jaar • RCT monitoring versus monitoring + CT • PANSS 5 factoren: • Positieve symptomen • Wanen • Ongewone gedachten G9 • Hallucinaties P3 • Achterdocht P6 • Grootheidswaan P5 • Afwezig oordeels-vermogen en inzicht G12 • Emotionele dysfunctie • Angst G2 • Spanning G4 • Depressie G6 • Schuldgevoel G3 • Somatische pre-occupatie G1 Controle Behandeling • Positieve symptomen • Emotionele dysfunctie Maand Maand Resultaat: psychotische ervaringen en emotionele dysfunctie zijn gecorreleerd en nemen significant af vooral in de eerste maanden. Allocatie in cognitieve therapie verminderde de positieve symptomen niet de emotionele dysfunctie. French P e.a. BJP (2007), 191:s82-s87

  50. DopamineOveractiviteit bijAt Risk Mental State • Vergelijking tussen • 24 UHR patiënten • 7 patiënten met schizofrenie • 12 gezonde controles • 6-fluoro-L-dopa F 18 uptake in het striatum met 18F-dopa PET-scan Striatale 6-fluoro-L-dopa F18 summatiebeeld die de hoogste signaal intensiteit (geel en rood) toont in het striatum (hoge synthese en accumulatie van dopamine tijdens de PET scan Howes O.D. e.a. Arch Gen Psychiatry (2009), 66(1) 13-19)

More Related