90 likes | 414 Views
Les 49. Oppervlaktematen en landmaten. Het teken duidt aan dat je de 2 afmetingen moet gebruiken. ‘²’. Er zijn 2 afmetingen nodig om een oppervlakte te berekenen: Lengte en breedte of basis en hoogte. Elke oppervlaktemaat is 100 x groter dan de kleinere oppervlaktemaat:
E N D
Les 49 Oppervlaktematen en landmaten
Het teken duidt aan dat je de 2 afmetingen moet gebruiken. ‘²’ Er zijn 2 afmetingen nodig om een oppervlakte te berekenen: Lengte en breedte of basis en hoogte Elke oppervlaktemaat is 100 x groter dan de kleinere oppervlaktemaat: 1 m² = 100 dm² oppervlaktematen en landmaten
Lees nu aandachtig je onthoudboek nummers 87; 101 en 102 oppervlaktematen en landmaten
Een oefening: • Neem je kopieerblad K 18 • Noteer op de ene lijn in de hoofding de oppervlaktematen • Noteer op de andere lijn de landmaten op de passende plaats • Noteer in de tabel: 12 135 m² • Noteer het meetresultaat in landmaten naast de tabel • Je krijgt dan het volgende... oppervlaktematen en landmaten
Zat je ergens fout? Kijk het dan nog eens na! 1 x 10 000 m² + 21 x 100 m² + 35 x m² 1 ha + 21 a + 35 ca 1ha 21a 35ca oppervlaktematen en landmaten
We proberen er nog een paar: Je schrijft de oppervlaktematen in je schema en de landmaten ernaast. Net zoals de vorige oefening. • 3 ha 5 ca = ...m² Oplossing: 3 x 10 000 m² en 5 m² = 30 005 m² • 25 km² = ....ha Oplossing: 2500 ha oppervlaktematen en landmaten
Kijk nu in je bundel welke opdrachten je moet maken.Laat je oefeningen verbeteren door je leerkracht oppervlaktematen en landmaten