1 / 54

Concepting

Concepting. Docent: Robert Crain Jaar: 2009 Klas: V1 . Concepting. Flexibel associeren Mindmap Morphological Matrix. Flexibel associeren. Concepting. Waarom? Vlot en flexibel associeren is onder andere nuttig bij brainstorming. Hoe? Associeren doe je al spontaan ! Wat je

olisa
Download Presentation

Concepting

An Image/Link below is provided (as is) to download presentation Download Policy: Content on the Website is provided to you AS IS for your information and personal use and may not be sold / licensed / shared on other websites without getting consent from its author. Content is provided to you AS IS for your information and personal use only. Download presentation by click this link. While downloading, if for some reason you are not able to download a presentation, the publisher may have deleted the file from their server. During download, if you can't get a presentation, the file might be deleted by the publisher.

E N D

Presentation Transcript


  1. Concepting Docent: Robert Crain Jaar: 2009 Klas: V1

  2. Concepting • Flexibel associeren • Mindmap • Morphological Matrix

  3. Flexibel associeren

  4. Concepting Waarom? Vlot en flexibel associeren is onder andere nuttig bij brainstorming. Hoe? Associeren doe je al spontaan! Wat je kunt oefenen: • Snelheid verhogen • Kantelen (disocieren) • Terugkoppelen (resocieren) • Verbinden

  5. Concepting Het niveau van een oefening wordt aangegeven met een (+). (+) basis (++) goed (+++) prima

  6. Concepting 1. Snelheid verhogen De associatieketting. Reeks van associaties waarbij je bij een term begint en telkens verder associeert op de laatste term die je hebt bedacht, met uitstel van oordeel! Voorbeeld: water-drinken-frisdrank-zomer- strand-surfen…

  7. Concepting Oefening 1. Snelheid verhogen (+) Sla het woordenboek ergens open. Begin met een willekeurig woord en maak een associatieketting voor 1 minuut (niet langer). Herhaal deze oefening 1x met een ander woord. Probeer het aantal woorden met 50% te vermeerderen ten opzichte van de vorige associatieketting.

  8. Concepting 2. Kantelen Via associaties andere contexten opsporen. Voorbeeld: Een bank staat in een huiskamer, maar is ook een geldinstelling, of een database.

  9. Concepting Oefening 2. Kantelen (++) Sla het woordenboek ergens open. Begin met een willekeurig woord en kantel voor 1 minuut (niet langer). Herhaal deze oefening 1x met een ander woord. Probeer het aantal woorden met 50% te vermeerderen ten opzichte van de vorige kantelingen.

  10. Concepting 3. Terugkoppelen Begin met een woord en maak een associatieketting die eindigt met het laatste woord. Voorbeeld: Japan-sushi-restaurant-diner-lunch- ontbijt-spiegelei

  11. Concepting Oefening 3. Terugkoppelen (+++) Sla het woordenboek ergens open en kies een woord. Doe dit nogmaals. Maak een associatieketting tussen beide woorden. Herhaal deze oefening 1x met een ander woord. Probeer het aantal woorden met 50% te vermeerderen ten opzichte van de vorige koppelingen.

  12. Concepting 4. Verbinden Zoek de overeenkomsten tussen twee woorden. Voorbeeld: Zonnebloem Spiegelei Gele kleur Zondagversiering Zonnig kleur en vorm Specifieke geur Ronde kern en een omhulsel Lekker Kinderen houden ervan

  13. Concepting Oefening 4. Verbinden (+++) Sla het woordenboek ergens open en kies een woord. Doe dit nogmaals. Zoek de overeenkomsten tussen beide woorden. Herhaal deze oefening 1x met een ander woord. Probeer het aantal woorden met 50% te vermeerderen ten opzichte van de vorige verbindingen.

  14. Concepting Mocht je meer willen weten over dit onderwerp, lees het boek: Creativiteit, HOE? ZO! van Igor Byttebier.

  15. Mindmap

  16. De Mindmap Het gebruik van de Mindmap is onder creatieven zeer populair. Het is makkelijk in gebruik en het levert snel resultaat.

  17. De Mindmap Maar hoe werkt het ook alweer?

  18. De Mindmap • Plaats in het midden het onderwerp • Associeer op het onderwerp • Elk woord moet alleen staan • Benadruk belangrijke woorden

  19. De Mindmap Wat vergeten wordt...

  20. De Mindmap • Verbind woorden die onderling een associatie met elkaar hebben • Verbind woorden die eventueel een associatie met elkaar kunnen hebben • Kluster of omcirkel deze groepen van woorden

  21. De Mindmap Door klustering ontstaan gebieden van woorden, die een concept kunnen bevatten. Zo’n gebied wordt de context van het concept genoemd.

  22. De Mindmap Er zijn een paar redenen op te noemen wanneer klustering wel lukt, maar binnen de context van de woorden onstaat niet direct een concept, of het concept is inhoudelijk niet sterk genoeg.

  23. De Mindmap • Weinig vertakkingen binnen de boomstructuur • Kwaliteit van de associaties is niet voldoende • Niet avontuurlijk genoeg met klustering

  24. De Mindmap • Weinig vertakkingen binnen de boomstructuur Probeer niet te snel te stoppen met associeren. Hoe meer woorden je verzint, des te meer klusteringen je kunt maken, wat uiteindelijk betere concepten oplevert.

  25. De Mindmap 2. Kwaliteit van de associaties is niet voldoende De eerste associatie hoeft niet direct de beste associatie te zijn. Durf verder te denken.

  26. De Mindmap • Abstract - Concreet • Synoniem - Antoniem • Goed - Slecht • Verleden – Toekomst • Etcetera Zie het voorbeeld met het woord ‘jong’

  27. De Mindmap Synoniem Antoniem Abstract Concreet Jong Verleden Toekomst Goed Slecht

  28. Piep De Mindmap Oefening Jeugd Synoniem Antoniem Groen Toekomst Fris Ochtendgloren Abstract Concreet Bejaard Oud Licht Over datum Baby Jong Auto van 2 jaar oud Thuiswonen Onder de plak bij ouders Verleden Toekomst Adolescent Zakgeld Voor 19:00 naar bed Open minded Strak in vel Zelfstandig wonen Goed Slecht Kinderen Actueel Vernieuwend Salaris Ouder Brutaal Geen ervaring Kinderachtig Eeuwige leven

  29. De Mindmap • Niet avontuurlijk genoeg met klustering Probeer woorden te klusteren die op het eerste gezicht niets met elkaar te maken hebben.

  30. De Morphological Matrix

  31. De Morphological Matrix Concepten ontwikkelen met een grote groep is moeilijker dan binnen een kleine groep of individueel. Je zult dus randvoorwaarden moeten ontwikkelen om de enorme gedachtenstroom van de groep te kanaliseren.

  32. De Morphological Matrix Deze randvoorwaarden vormen de Matrix waarbinnen gedacht wordt. De Matrix blijft tijdens het denkproces onveranderd. Echter de inhoud binnen de Matrix zal door de randvoorwaarden steeds veranderen. Dit Morphen noemt men het conceptproces.

  33. De Morphological Matrix Dat was de theorie, nu aan de slag!

  34. De Morphological Matrix Voorbereiding: gebruik post-its en een groot vel papier. Teken op het vel papier een grid van 7x7 vlakken.

  35. De Morphological Matrix

  36. De Morphological Matrix Oefening 1: Bepaal thema’s voor de brainstorm, geen ideeen. Elke deelnemer verzint binnen 5 minuten minimaal 5 thema’s …

  37. De Morphological Matrix …voorbeelden van thema’s kunnen zijn : de vier seizoenen, feestdagen, maar ook ‘vrijheid van meningsuiting’ of ‘lief zijn voor elkaar’. Je hebt dus een enorme vrijheid in je thema’s. Plaats de thema’s aan de linkerkant van de Matrix.

  38. De Morphological Matrix

  39. De Morphological Matrix Maak nog geen selectie. Alle thema’s zijn toegestaan.

  40. De Morphological Matrix Je hebt 5 minuten voor deze oefening!

  41. De Morphological Matrix Oefening 2: Bepaal de randvoorwaarden, geen ideeen. Elke deelnemer verzint binnen 5 minuten minimaal 5 randvoorwaarden…

  42. De Morphological Matrix …stel aan jezelf de vraag: ‘waar moet het project aan voldoen’? Antwoorden daarop kunnen zijn: interactief, visueel vernieuwend, zichtbaar bij daglicht etc. Plaats de randvoorwaarden boven de Matrix.

  43. De Morphological Matrix

  44. De Morphological Matrix Maak nog geen selectie. Alle randvoorwaarden zijn toegestaan.

  45. De Morphological Matrix Je hebt 5 minuten voor deze oefening!

  46. De Morphological Matrix Maak uiteindelijk een selectie van 6 thema’s en 6 randvoorwaarden. Dus 6 thema’s aan de linkerkant van de Matrix, en 6 randvoorwaarden aan de bovenkant van de Matrix.

  47. De Morphological Matrix Jullie gaan nu kruisverbanden aanleggen tussen thema en randvoorwaarde. Laat de deelnemers dat eerst voor zichzelf doen.

  48. De Morphological Matrix Voorbeeld 1: ‘Seizoenen’ gekoppeld aan ‘visueel uitdagend’ zou kunnen opleveren: ‘Le quatrro staggioni van Vivaldi vertalen naar beeld’.

  49. De Morphological Matrix

  50. De Morphological Matrix Voorbeeld 2: ‘Seizoenen’ gekoppeld aan ‘interactief’ zou kunnen opleveren: ‘Tijdens slecht weer via jouw mobiel mooi weer toveren op het scherm’.

More Related