1 / 35

Departement Studiën

De Belgische economie tijdens en na de economische crisis 3. België tijdens de crisis: schokken en reacties Gepresenteerd door Wim Melyn. Departement Studiën. Verloop van het bbp in België (jaarlijkse veranderingspercentages naar volume) .

fancy
Download Presentation

Departement Studiën

An Image/Link below is provided (as is) to download presentation Download Policy: Content on the Website is provided to you AS IS for your information and personal use and may not be sold / licensed / shared on other websites without getting consent from its author. Content is provided to you AS IS for your information and personal use only. Download presentation by click this link. While downloading, if for some reason you are not able to download a presentation, the publisher may have deleted the file from their server. During download, if you can't get a presentation, the file might be deleted by the publisher.

E N D

Presentation Transcript


  1. De Belgische economie tijdens en na de economische crisis3. België tijdens de crisis: schokken en reactiesGepresenteerd door Wim Melyn Departement Studiën

  2. Verloop van het bbp in België(jaarlijkse veranderingspercentages naar volume) België beleefde in 2009 de ernstigste recessie sedert de Grote Depressie van de jaren 1930 1940-1946 geen gegevens beschikbaar Bronnen: Buyst E. (1997); INR. 2

  3. Verloop van het bbp(volume-indexen, piek vóór het begin van de recessie = 100) België heeft de recessie beter doorstaan dan het eurogebied en de meeste economieën waaruit het bestaat Bronnen: EC, INR.

  4. Het herstel breidde zich geleidelijk uit naar alle vraagcomponenten Bijdrage van de belangrijkste bestedingscategorieën tot de groei van het bbp (in procentpunt1) Bron: INR. 1 Behalve voor het bbp, waarbij het gaat om het jaarlijkse veranderingspercentage. 4

  5. Structuur van de uiteenzetting • Transmissiekanalen van de crisis in België • Reactie van de belangrijkste sectoren/markten • Ondernemingen (uitvoer, investeringen) • Arbeidsmarkt • Huishoudens (consumptie, sparen) • Weerbaarheidsfactoren • Afwezigheid van grote onevenwichtigheden • Intern/extern • Risicofactoren • Verslechtering van de overheidsfinanciën • Reactievermogen?

  6. Transmissiekanalen van de crisis in België • Instorting van de internationale handel • Aantasting van het vertrouwen van ondernemingen en huishoudens • Onrust op de financiële markten • Financieringskosten/bankkrediet(ondernemingen) • Vermogenseffect (huishoudens)

  7. Ondernemingen

  8. Uitvoer en invoer van België2 De instorting van de wereldhandel leidde tot een daling van de uitvoer en de industriële productie van België • Internationale handel1 Industriële productie3en bezettingsgraad van het productievermogen in België4 2007 2008 2009 2010 2011 2007 2008 2009 2010 2011 2007 2008 2009 2010 2011 Bronnen: ADSEI, CPB, NBB. 1 Gemiddelde van de uitvoer en invoer van goederen naar volume;indexcijfers januari 2007 = 100. 2 Naar volume; indexcijfers 2005 = 100. 3 Indexcijfers 2000 = 100, glijdend gemiddelde over 3 maanden. 4 In %.

  9. De daling van de verkoop en de inkrimping van de marges drukten de rentabiliteit van de ondernemingen Daling van de verkoop op de exportmarkten en in het binnenland Determinanten van de rentabiliteit van de ondernemingen(veranderingspercentages t.o.v. het voorgaande jaar) Winstmarges onder druk Daling van de rentabiliteit van de ondernemingen Bronnen: INR, NBB. 1Tegen lopende prijzen.

  10. De toenemende onzekerheid schokte het vertrouwen van de ondernemers Ondernemersvertrouwen in de verwerkende nijverheid Bron: NBB. . 10

  11. De financieringskosten van de ondernemingen zijn gestegen en de banken verstrekten hun minder krediet Financieringskosten van de ondernemingen in België(in %) Bancaire kredieten aan de ondernemingen (jaarlijkse veranderingspercentages) Bronnen: ECB, NBB.

  12. De ondernemingen stelden hun investeringsprojectenneerwaarts bij Bbp en bedrijfsinvesteringen (naar volume, jaarlijkse veranderingspercentages) • Bron: INR.

  13. De bedrijvigheid daalde in alle bedrijfstakken - met uitzondering van de niet-marktdiensten - en steeg later opnieuw tot het peil van vóór de crisis, behalve in de industrie Toegevoegde waarde in de voornaamste bedrijfstakken (indexcijfers 2008 K2= 100) • Bron: INR.

  14. Arbeidsmarkt

  15. De ondernemingen schroefden het aantal gewerkte uren (per persoon) sterker terug dan het aantal werkenden Bbp, binnenlandse werkgelegenheiden arbeidsvolume (indexcijfers 2006 K2= 100) 2011 • Bronnen: INR, NBB. 15

  16. De ondernemingen maakten in ruime mate gebruik van tijdelijke werkloosheid Begunstigden van het stelsel van tijdelijke werkloosheid/schorsing (eenheden) Bron: RVA.

  17. De ondernemingen worden geconfronteerd met een structurele schaarste aan geschoolde arbeidskrachten, wat hen ertoe aanzet hun personeel te behouden Aandeel van de ondernemingen die kampen met een schaarste aan geschoolde arbeidskrachten1 Bron: NBB. 1 Volgens de antwoorden op de door de Bank uitgevoerde kwartaalenquête in de verwerkende nijverheid en de maandelijkse enquête in de andere bedrijfstakken, gewogen aan de hand van de relatieve omvang van de ondernemingen die werd gemeten op basis van de omzet of de werkgelegenheid.

  18. De werkloosheidsgraad steeg in België minder sterk dan in het eurogebied Geharmoniseerde werkloosheidsgraad (in % van de bevolking van 15 tot 64 jaar) 2009 2010 2011 2006 2008 2007 • Bron: EC.

  19. Huishoudens

  20. Zeer grote angst voor jobverlies Indicator van het consumentenvertrouwen1 Bron: NBB. 1 Saldo van de antwoorden op de maandelijkse enquête van de Bank bij de consumenten.

  21. Scherpe daling van de beurskoersen, die het financieel vermogen van de huishoudens deed afbrokkelen Financieel vermogen van de particulieren (in € miljarden) Beurskoersen (indexcijfers 2006 = 100) Bronnen: Thomson Financial Datastream, NBB. 21

  22. Consumptie, beschikbaarinkomen en spaarquote van de particulieren(naar volume, jaarlijkse veranderingspercentages1) De huishoudens beperkten hun consumptieve bestedingen en voerden hun spaarmiddelen (tijdelijk) op (linkerschaal) (rechterschaal) Bron: INR. 1 Behalve voor de spaarquote, waarbij het gaat om percentages van het beschikbaar inkomen. 22

  23. In vergelijking met het buitenland hield de particuliere consumptie in België goed stand Particuliere consumptie (jaarlijkse veranderingspercentages, naar volume) Bronnen: EC (lentevooruitzichten 2011), INR.

  24. Weerbaarheidsfactoren

  25. Schuldgraad (in % bbp) De financiële situatie van de huishoudens en de ondernemingen was gezond in de periode vóór de crisis Bronnen: ECB, NBB.

  26. Woningprijzen(indexcijfers 1995=100, in reële termen) De vastgoedmarkt bleef relatief stabiel Bron: OESO.

  27. Investeringen in woongebouwen (indexcijfers 1997=100, naar volume) De bouwsector is niet overmatig gegroeid ten opzichte van het algemene activiteitsverloop Bron: OESO.

  28. Saldi op de lopende rekening1 (in % bbp) België boekt lopende overschotten ten opzichte van de rest van de wereld Bronnen: EC, INR. 1 Gegevens van de nationale rekeningen.

  29. Risicofactoren

  30. De crisis heeft de overheidsfinanciën zwaar aangetast Schuldgraad en financieringssaldo van de overheid (in % bbp) Bron: INR.

  31. Geconsolideerde brutoschuld van de overheid (in % bbp, raming voor 2011) De Belgische overheidsschuld is hoog, hoewel het verschil met het eurogebied is afgenomen Geconsolideerde brutoschuld van de overheid (in % bbp) Bronnen: EC (lentevooruitzichten 2011), NBB.

  32. Rendementsverschillen tussen de overheidsleningen op tien jaar en de Duitse Bunds op tien jaar in de landen van het eurogebied(in basispunten) De overmatige schuldenlast van de overheid leidt tot hogere rentetarieven Bron: Thomson Reuters Datastream.

  33. De overheidsfinanciën moeten dan ook worden teruggebracht naar een op lange termijn houdbaar traject Overheidstekort(in % bbp) Bron: EC (lentevooruitzichten 2011).

  34. Conclusie • België heeft de recessie van 2008/2009 beter doorstaan dan het eurogebied • Belangrijkste weerbaarheidsfactoren: • veerkracht van de werkgelegenheid • afwezigheid van grote interne/externe onevenwichtigheden • Maar aantal risicofactoren: • de algemene zwakte van de bedrijvigheid en van de internationale handel • de overheidsschuldencrisis • financiële instellingen • Het weerstandsvermogen van de economie moet worden versterkt: • houdbaarheid van de overheidsfinanciën • groeipotentieel (concurrentievermogen, enz.)

  35. Bedankt voor jullie aandacht !

More Related