1 / 31

Zondag 7 april middagdienst

Zondag 7 april middagdienst. Gezang 216 : 1, 2, 3 Psalm 116 : 1, 2, 3 Psalm 27 : 7 Psalm 18 : 14, 15 Gezang 217: 1, 2, 4 Lucas 24 : 13-35 (NBV). Spreuk van de week “ Bedriegers zijn de HEER een gruwel, wie waarachtig handelen, zijn hem welgevallig. ” (Spreuken 12 : 12).

favian
Download Presentation

Zondag 7 april middagdienst

An Image/Link below is provided (as is) to download presentation Download Policy: Content on the Website is provided to you AS IS for your information and personal use and may not be sold / licensed / shared on other websites without getting consent from its author. Content is provided to you AS IS for your information and personal use only. Download presentation by click this link. While downloading, if for some reason you are not able to download a presentation, the publisher may have deleted the file from their server. During download, if you can't get a presentation, the file might be deleted by the publisher.

E N D

Presentation Transcript


  1. Zondag 7 april middagdienst • Gezang 216 : 1, 2, 3 • Psalm 116 : 1, 2, 3 • Psalm 27 : 7 • Psalm 18 : 14, 15 • Gezang 217: 1, 2, 4 • Lucas 24 : 13-35 (NBV)

  2. Spreuk van de week • “Bedriegers zijn de HEER een gruwel, wie waarachtig handelen, zijn hem welgevallig.” • (Spreuken 12 : 12)

  3. Welkom in deze middagdienst • Voorganger: Ds. A.C. van der Wekken • Ouderling: Anne Geurtsen • Organist: Geerten Liefting

  4. Welkom en mededelingen

  5. Gezang 216: 1,2,3 • Laat groot en klein, nu vrolijk zijn, • jubelend God dank bewijzen. • Laat al wie 't woord, des levens hoort • Vader en Zoon nu lofprijzen. • Want Hij, in wie • ons heil is, zie, • die dood was leeft: • de Vader heeft • zijn Zoon voor ons doen verrijzen.

  6. Gezang 216 : 1, 2, 3 • Juich dan en zing! Hij, de Eersteling • heeft onze vijand bedwongen, • is sterk en groot, dwars door de dood • tot in Gods rijk doorgedrongen. • Wie bij Hem hoort • mag door die poort • achter Hem aan • ten leven gaan, • Hij heeft de zege bedongen.

  7. Gezang 216 : 1, 2, 3 • Lof, dank en eer, zij onze Heer, • zegent zijn naam te allen tijde! • Gij christnen, laat, uw woord en daad • zijn overwinning belijden. • Dan zullen wij • zijn zoals Hij • en na de nood • van graf en dood • eeuwig in Hem ons verblijden.

  8. Stil gebed, votum, groet

  9. Psalm 116 : 1, 2, 3 • God heb ik lief, want die getrouwe HEER • nam, toen ik riep, met toegenegen oren • mijn woorden aan. Hij zal mij blijven horen • en levenslang ben ik niet eenzaam meer.

  10. Psalm 116 : 1, 2, 3 • Toen de benauwdheid dreigend op mij viel • en angsten voor het doodsrijk mij bekropen, • heb ik de naam des HEREN aangeroepen • en weende: HEER mijn God, bewaar mijn ziel.

  11. Psalm 116 : 1, 2, 3 • Hij is goedgunstig in gerechtigheid, • Hij wil zich altijd over ons ontfermen. • Zijn kracht kwam mij, eenvoudige, beschermen. • Rust nu, mijn ziel, de HEER heeft u bevrijd.

  12. Gebed

  13. We lezen uit de Nieuwe Bijbelvertaling: Lucas 24 : 13 - 55

  14. 13 Diezelfde dag gingen twee van de leerlingen op weg naar een dorp dat Emmaüs heet en zestig stadie van Jeruzalem verwijderd ligt. 14 Ze spraken met elkaar over alles wat er was voorgevallen. 15 Terwijl ze zo met elkaar in gesprek waren, kwam Jezus zelf naar hen toe en liep met hen mee, 16 maar hun blik werd vertroebeld, zodat ze hem niet herkenden.

  15. 17 Hij vroeg hun: ‘Waar loopt u toch over te praten?’ Daarop bleven ze somber gestemd staan. 18 Een van hen, die Kleopas heette, antwoordde: ‘Bent u dan de enige vreemdeling in Jeruzalem die niet weet wat daar deze dagen gebeurd is?’19 Jezus vroeg hun: ‘Wat dan?’ Ze antwoordden: ‘Wat er gebeurd is met Jezus uit Nazaret, een machtig profeet in woord en daad in de ogen van God en van het hele volk.

  16. 20 Onze hogepriesters en leiders hebben hem ter dood laten veroordelen en laten kruisigen. 21 Wij leefden in de hoop dat hij degene was die Israël zou bevrijden, maar inmiddels is het de derde dag sinds dit alles gebeurd is. 22 Bovendien hebben enkele vrouwen uit ons midden ons in verwarring gebracht.

  17. Toen ze vanmorgen vroeg naar het graf gingen, 23 vonden ze zijn lichaam daar niet en ze kwamen zeggen dat er engelen aan hen waren verschenen. De engelen zeiden dat hij leeft. 24 Een paar van ons zijn toen ook naar het graf gegaan en troffen het aan zoals de vrouwen hadden gezegd, maar Jezus zagen ze niet.’

  18. 25 Toen zei hij tegen hen: ‘Hebt u dan zo weinig verstand en bent u zo traag van begrip dat u niet gelooft in alles wat de profeten gezegd hebben? 26 Moest de messias al dat lijden niet ondergaan om zijn glorie binnen te gaan?’ 27 Daarna verklaarde hij hun wat er in al de Schriften over hem geschreven stond, en hij begon bij Mozes en de Profeten.

  19. 28 Ze naderden het dorp waarheen ze op weg waren. Jezus deed alsof hij verder wilde reizen. 29 Maar ze drongen er sterk bij hem op aan om dat niet te doen en zeiden: ‘Blijf bij ons, want het is bijna avond en de dag loopt ten einde.’ Hij ging mee het dorp in en bleef bij hen.

  20. 30 Toen hij met hen aan tafel aanlag, nam hij het brood, sprak het zegengebed uit, brak het en gaf het hun. 31 Nu werden hun ogen geopend en herkenden ze hem. Maar hij werd onttrokken aan hun blik. 32 Daarop zeiden ze tegen elkaar: ‘Brandde ons hart niet toen hij onderweg met ons sprak en de Schriften voor ons ontsloot?’

  21. 33 Ze stonden op en gingen meteen terug naar Jeruzalem, waar ze de elf en de anderen aantroffen, 34 die tegen hen zeiden: ‘De Heer is werkelijk uit de dood opgewekt en hij is aan Simon verschenen!’35 De twee leerlingen vertelden wat er onderweg gebeurd was en hoe hij zich aan hen kenbaar had gemaakt door het breken van het brood.

  22. VerkondigingDe aanwezige Afwezige!

  23. Psalm 18: 14, 15 • De HERE leeft en zij alleen geprezen. • Hij is mijn rots en ik heb niets te vrezen. • Hij is de God die mij voldoening geeft • en volken aan mij onderworpen heeft. • Hij heeft het altijd voor mij opgenomen, • Hij deed mij aan mijn vijanden ontkomen. • Van haat en opstand hebt Gij mij bevrijd • en mij verlost van der tirannen nijd.

  24. Psalm 18: 14, 15 • Ik loof U, HEER, ik loof uw zegeningen, • onder de volken zal ik psalmen zingen. • De HEER heeft mij gered uit elk gevaar. • Hoe groot, hoe onuitspreeklijk wonderbaar! • Hij die zijn koning met zijn glorie kroonde, • zijn grote trouw aan zijn gezalfde toonde, • zal door de tijden met ons verder gaan, • met David en zijn huis nu en voortaan.

  25. Gebeden

  26. Collecten • De collecten zijn vandaag voor: • 1. Diaconie • 2. Kerk

  27. Gezang 217 : 1, 2 • Jezus leeft en ik met Hem! • Dood, waar is uw schrik gebleven? • Hem behoor ik en zijn stem • roept ook mij straks tot het leven, • opdat ik zijn licht aanschouw, • dit is al waar ik op bouw.

  28. Gezang 217: 1, 2 • Jezus leeft! Hem is het rijk • over al wat is gegeven. • En ik zal, aan Hem gelijk, • eeuwig heersen, eeuwig leven. • God blijft zijn beloften trouw, • dit is al waar ik op bouw.

  29. Geloofsbelijdenis

  30. Gezang 217 : 4 • Jezus leeft! Nu is de dood • mij de toegang tot het leven. • Troost en kracht in stervensnood • zal de Levende mij geven, • als ik stil Hem toevertrouw: • Gij zijt al waar ik op bouw!

  31. Zegen te beantwoorden met

More Related